Trouw, April 12, 2002

From The Elvis Costello Wiki
Jump to navigationJump to search
... Bibliography ...
727677787980818283
848586878889909192
939495969798990001
020304050607080910
111213141516171819
202122232425 26 27 28


Trouw

Netherlands publications

Newspapers

Magazines

Online publications


European publications

-

Weemoed naar wreedheid


translate
   Hans Nauta

Na alle gezoete ballads voor films en eigen vermaak, keert Elvis Costello (47) terug naar 'het beton', de geharde popmuziek van vroeger. Maandag presenteert hij in het Amsterdamse Paradiso zijn nieuwe cd. Tot in de titel schuilt de weemoed naar die tijd, When I was cruel . Ooit was de zo gesuikerde Elvis wreed. Je zou het niet denken van de Britse muzikant, die deze week de publieks-Edison won voor zijn werk met de Zweedse mezzo-sopraan Anne Sofie von Otter.

Hij werd als Declan MacManus opgevoed in een muzikaal gezin in Londen en hield van Motown-soul, terwijl zijn klasgenoten naar psychedelische rock luisterden. En in kroegen speelde hij wat ouwelijke pub-rock. Hij raakte ondersteboven van het eerste punkalbum van The Clash, dat klonk alsof 'een blaffende zeeleeuw boven een stel drilboren probeerde uit te komen'. "Ik was razend, ik vergeet het nooit, ik dacht: 'Als dit muziek moet heten, dan stap ik eruit", zei hij in een interview. Maar fascinerend was het wel. MacManus beluisterde het album 36 uur achtereen en schreef toen het nummer 'Watching the detectives' voor zijn eigen debuut My aim is true (1977), dat onder de artiestennaam Elvis Costello verscheen. Hij belandde in de new wave-stroming maar voelde zich er niet zo thuis. ,,Ik wilde meer dan collega's de sensualiteit in de muziek leggen en de warmte van de soulmuziek terugbrengen." Zijn afwijkende geluid was succesvol. De tijdschriften Oor en Rolling Stone verkozen My aim is true tot album van het jaar.

Het succes nam toe, ook in Amerika, waar niemand hem zijn boosheid over het Thatcher-regime kwalijk nam, en kritische nummers als "Oliver's Army" of "Radio, Radio" goed werden ontvangen. Maar op een dag ging Costello, die zichzelf een nerveuze opvlieger noemt, te ver. Stomdronken noemde hij in een Amerikaanse kroeg Ray Charles 'een stomme blinde neger', hij bespotte James Brown en viel de Amerikaanse zwarte muziek en Amerika in het algemeen aan. Toen dit bekend werd, sprak de muziekwereld een banvloek over Costello uit, hij ontving dreigbrieven en platenzaken weigerden zijn platen te verkopen.

Elvis verontschuldigde zich tevergeefs, en ook werkte zijn imago (een psychotische bankemployee met Buddy Holly-bril) niet mee. Wrok en schuld waren de enige menselijk emoties die hij kende, had Costello in zijn allereerste interview gezegd. En vaker uitte hij zijn negatieve wereldbeeld: "Het leven wordt iedereen met geweld opgedrongen". Het venijn begon te overheersen, wat kwam door het 'gebrek aan zelfbeheersing, mijn zogenaamde emoties, en mijn drinken'.

Twaalf jaar later achtervolgde het 'Ray Charles-incident' hem nog. Iemand zei hem dat hij in Amerika net zo populair had kunnen worden als Bruce Springsteen als dat incident maar niet had plaatsgevonden. Pas het vorige decennium kwam Costello definitief af van zijn boze imago, en kreeg de laatste twijfelaar oog voor zijn grootse repertoire, dat te vergelijken valt met dat van Randy Newman en Tom Waits.

Bijna alle songs gaan over minstens een van de zeven hoofdzonden, zei Costello. Onkuisheid is een grote inspiratiebron, maar vooral gramschap is lange tijd, en eigenlijk nog steeds, met zijn naam verbonden. "Meer dan een zonde is gramschap een karaktertrek waarmee je moet leren omgaan. Gramschap verdient zijn plaats in het complete gamma aan emoties." Ik heb ermee leren omgaan.

De laatste tijd is zijn faam gegroeid bij het grote publiek. Ook voor de jeugd is hij een popster geworden, onder meer door zijn medewerking aan filmsoundtracks. Zo was zijn versie van Aznavours "She" een enorme hit in Brazilië. Inmiddels is hij net zo'n gevestigde popartiest als de sterren tegen wie hij zich ooit afzette.

"Ongeschoold, da's duidelijk te horen, dunkt me", zei een jonge Costello in 1983, toen hij inmiddels enkele geslaagde albums op zijn naam had staan. Hij relativeerde de kwaliteit van zijn werk: ,,Negentig procent van de teksten in popmuziek is complete onzin. De eerste de beste die drie vagelijk interessante regels neerschrijft, krijgt daardoor meer aandacht dan hij verdient.

Costello deed zichzelf tekort, hij had zich ontwikkeld tot een goede songschrijver. Zijn intelligente teksten en muziek onttrokken zich allang aan de uitgekauwde clichés van de punk. Sindsdien heeft hij zich verder opgewerkt. Goede popmuziek is een kwestie van baseren op wat reeds bestaat en bevalt, vindt Costello. Muziek maken zonder vast te houden aan referentiepunten is misschien moediger, maar tegelijk volkomen zinloos. "Je plaatst jezelf dan in een woestijn. Je meet je de rol van Schepper aan. Waarom het jezelf zo moeilijk maken?" Costello leert door werk van anderen te analyseren ('zoals Strawinsky leerde van Rimsky-Korsakov en hedendaagse r en b de kunst afkijkt bij Charlie Parker') en door andere muziekwerelden binnen te treden. Daar werd hij geconfronteerd met grotere perfectionisten dan hijzelf (Burt Bacharach), en ontdekte hij verder hoezeer ook búiten de popmuziek vooroordelen en imago's blijven plakken, en hoe vaak hij noodgedwongen de veronderstelling bestrijdt dat rock-'n-roll-muzikanten barbaren zijn.

Zo zag Anne Sofie von Otter, die in haar leven nog nooit naar een popconcert was geweest, Costello aanvankelijk als de angry young man van vroeger. Op zijn beurt was Costello prettig verrast toen hij met het The Brodsky Quartet werkte (The Juliet letters, 1993) en ontdekte dat de klassieke musici best wat afwisten van voetbal en popmuziek.

De ervaring die Costello bij het kwartet opdeed kwam van pas toen hij recentelijk uit het hoofd een orkestpartituur van tweehonderd pagina's schreef. Dit werk, Il sogno , gecomponeerd voor een Italiaans balletgezelschap dat 'A Midsummer Night's Dream' bracht, wordt in een uitvoering van het London Symphony Orchestra onder leiding van Michael Tilson Thomas uitgebracht op het klassieke platenlabel Deutsche Grammaphon. En daarna? Nog even geen Eerste Symphonie van Costello, maar gewoon weer een popplaat, heeft hij aangekondigd. Want eens flink raggen, dat gaat met een band nog altijd lekkerder dan met een orkest.

-

Trouw, April 12, 2002


Hans Nauta profiles Elvis Costello ahead of his concert with The Imposters, Monday, April 15, 2002, Paradiso, Amsterdam, Netherlands.


-



Back to top

External links